Leen van Tilburg (Uit: Gesprekken met Valkenburgers)


Maart 1985. Door: Jan Portengen

Leen van Tilburg

“Hoeveel boeren zijn er in Valkenburg?” Mijn gastheer behoefde nauwelijks na te denken. “Drie”, kwam het prompt, “Van der Marel, Van Leeuwen en Van Egmond. Dat zijn de groten!” Zelf beschouwt hij zich als een kleine boer. In hart en nieren, dat wel, maar met een veestapel die tegenwoordig nauwelijks telt. Allerlei soorten beesten kwam ik tegen: konijnen, kippen, een geit, schapen (die nacht werden er vier lammetjes geboren) en koeien. De roodbonte soort overheerst nog steeds, maar ook stond er een Limousine in de stal, een leikleurige koe van Franse komaf. Voorts twee stieren, waarvan de één me beschre-ven werd als een Pimotees, eveneens een mij onbekend ras. Onder de indruk staarde ik naar de brede, vierkante kop, die slechts beheerst leek door de aandrift tot stoten en rammen. De koeien bekeken de vreemdeling in hun huis met gastvrije nieuwsgierigheid. In een apart verblijf jammerden een paar pasgeboren kalfjes, een tweeling! Dezelfde stal herbergde een paar paarden. In de muur waren gemetselde openingen. Twee paardenhoofden staken hunkerend naar buiten. Pony's en paarden spelen een grote rol in het leven van Leen van Tilburg, maar niet minder in dat van zijn vrouw, Rie van Dijk. De lucht werd donkerder, natte sneeuwvlokken vielen naar beneden. “Maartse buien, die beduien, dat de zomer aan komt kruien!”, lachte de boer toepasselijk. De beide paarden trokken zich terug in hun appartement.
Leen van Tilburg stamt uit een oud boerengeslacht. Zijn opa kwam in 1880 uit de Biesbosch en vestigde zich op Kloosterschuur, een stuk land tussen Noordwijk en Rijnsburg, waar het gras de massieve fundamenten van een vergaan klooster bedekte. Een plichtsgetrouw geslacht, waarvan een plaatsgenoot later beweerde: “Als ge een Van Tilburg opensnijdt, komt er AR bloed uit!” 
Leen volgde de lagere school in Rijnsburg, twintig minuten lopen met een 'stikkie-zakkie' op de rug. De middagmaaltijd moest op school gebruikt worden. Hij kon goed leren en koesterde in het geheim de wens om dominee te worden. Het liep anders, nog maar nauwelijks van school moest hij aan de vork! Hele dagen 'mist' strooien op het land. Alle beschikbare mankracht van vroeg tot laat was nodig op het bedrijf. 
De oorlog brak uit.
In Valkenburg woedde een heftige strijd. De boerderij van de familie Van Dijk op de Hoofdstraat 132 was doelwit van de Hollandse artillerie, die dacht dat daar de Duitsers lagen. Links en rechts van de opstallen sloegen de granaten in. Wonder boven wonder bleven het huis en de stal gespaard. Daarin hadden 150 mannen, vrouwen en kinderen een vluchtplaats gezocht! De boerin stookte het grote waterfornuis op en kookte er de aardappelen in. De schooljuffrouw Kuipers kon goed Duits en sprak de bezetter aan. Zij begreep van hen dat het zaak was binnen te blijven en de ramen en deuren te barricaderen met matrassen en alles wat daartoe dienstig kon zijn. Vanuit het huis zagen ze anderen in paniek voorbij gaan, richting Leiden, levensgevaarlijke plaatsen tegemoet. Later werden op last van de Duitsers de vrouwen en kinderen geëvacueerd. 
Terwijl in Valkenburg deze dingen hun beslag kregen, ging Leen in Rijnsburg naar de kerk. Naar gewoonte. In alle rust.
 
Op bevel van de Orts-kommandant moesten de boeren uit de omtrek paard en wagen leveren voor het verrichten van werkzaamheden op het strand. Als jongste van de familie werd Leen er op uit gestuurd. Hard werken was er niet bij, integendeel, ze deden zo lang mogelijk over een karweitje. Maar ook de ondergrondse deed meerdere keren een beroep op de medewerking van de boeren. Als onderduikadres en voor eten. Bijvoorbeeld toen dokter Van der Laan met zijn autootje vol met knapen het erf kwam oprijden en om onderdak verzocht. De twaalf jongens waren opgepakt tijdens een razzia, in de 'Zonneveldstraat' vastgezet en daaruit bevrijd. Ze werden zo snel mogelijk doorgeloodst, voor Leen was het een gezellige periode zo met z'n allen op de deel verhalen vertellen. Ook moest er een koe worden afgeleverd; een clandestiene slacht voor de ondergrondse. 's Morgens voor dag en dauw trok Leen er op uit naar de pont. Het beest stond nauwelijks met de voorpoten op het dek of het vaartuig begon al te drijven. Steeds wijder gaapte de afstand tussen de wal en het schip. De koe loeide erbarmelijk. Met veel vertoon van kracht wist de pontbaas de pont terug te dwingen. Het beest kwam droog over. Al met al werd Leen heen en weer geslingerd tussen vriend en vijand. Tenslotte werd hij er nog één keer op uit gestuurd om tabak en sigaretten te lossen uit een schip voor de Wehrmacht. Op aanstichting van ene Dick Iterson verstoutte hij zich die keer, 16 jaar oud, er met een lading vandoor te gaan en die af te leveren bij de CD (conservenfabriek CD v.d. Vijver en onderkomen van de ondergrondse). De Duitsers echter hadden het spelletje door en begonnen lastige vragen te stellen. Het begon er lelijk uit te zien voor de jonge Leen. Maar gelukkig kwamen op dat moment de Canadese motorrijders het terrein oprijden, omhangen met patronen banden. De oorlog was voorbij. Onder gemopper van de Duitsers werd het schip gelost en de lading afgeleverd bij de Canadezen! Terwijl Rie van Dijk in Valkenburg met haar familie bevrijdingsdag vierde, haalde Leen op de afgelegen boerderij zijn zuinig bewaarde fietsonderdelen van de hooizolder en zette die in elkaar. Voor hem een eerste vereiste. 
Na de oorlog gingen de veranderingen snel. In 1952 brandde de boerderij af. Leen en Rie vonden elkaar en trouwden naar gewoonte dier dagen. Ze zou meegaan naar Rijnsburg, maar had één voorwaarde: ze had van haar vader een pony gekregen en die moest mee. Ondanks de bezwaren van haar schoonvader, die het onnodige beesten vond. Zo deed de pony haar intrede op Kloosterschuur.
Vijf jaar later kwam vader Van Dijk door een verkeersongeval om het leven. Leen, die 24 bunder Kloosterschuur met zijn broer beheerde, voelde er wel wat voor zelfstandig te worden en verhuisde naar de boerderij in Valkenburg. Toch altijd nog goed voor 10 bunder ten zuiden van de Slotwetering. Toen echter de adellijke landeigenaresse het land aan Herwaarden verkocht, werd langzaam maar zeker de grond onder Leen's voeten weggezogen. Waar eens zijn koeien graasden, ontstond het 'Gat van Lagendijk'. Tenslotte kon hij slechts via een smal zandpad zijn akkers bereiken. Leen pendelde dagelijks enkele keren met paard en wagen en werd een bekende verkeersrem op de Voorschoterweg!
 
Hij intussen was, naar Valkenburgse gewoonte, gretig ingeschakeld in het kerkelijke en maatschappelijke leven. Als ouderling van de gereformeerde kerk en enige tijd als wethouder gedurende de laatste jaren van de AR partij. Dat vooral bleek een veeleisende taak, twee dagen en vier avonden per week! Zijn vrouw had de bui al zien hangen en gewaarschuwd. Straks zit jij in Den Haag en ik onder de koeien! Ze kreeg gelijk.
Hun beider hobby is het paardrijden. Hij echter zit in allerlei besturen. Uiteraard werd hij benoemd in het Paardenmarkt comité, was medeoprichter van de Valkruiters en is tegenwoordig voorzitter van de Castellumruiters. Voorts zit hij in het bestuur van een landelijke vereniging, die zich het fokken van Shetland pony's ten doel stelt. Als hij dan weer eens ter vergadering geroepen werd, zuchtte zijn vrouw: “Ga er niet heen, je zit er zo weer in!” Leen echter had een groot verantwoordelijkheidsgevoel en ging. Thuisgekomen was hij meestal weer een functie rijker. 
Niet slechts het besturen van paarden en mensen is zijn lust en zijn leven, maar ook het fokken van vee. Als een soort vroedvrouw is hij in deze tijd van het jaar bij nacht en ontij in de weer. 
Wat aarzelend kwam hij tenslotte met een laatste tijdverdrijf op de proppen: het rijden voor bruiloften. Te weten met bespannen koetsen en in livrei gestoken. “Hij heeft tegenwoordig zoveel drukte met zijn hobby's, het werk moet dan maar even gedaan worden!”, lachte Rie toegeeflijk.
Het januari-nummer van Z.O.V. werd te voorschijn gehaald. “We waren eigenlijk niet van plan er op te reageren”, begon Leen bezwaard, terwijl hij enkele redactionele oudejaarsopmerkingen over de paardenmarkt hekelde; “We dachten: Laat hem maar kletsen. De jaarmarkt is de laatste jaren aardig stabiel gebleven. Natuurlijk is het geen Hedel, maar moet dat dan?”
De oude boerin, mevrouw van Dijk-Ippel, bewoont een apart huisje naast de stal. Ze is 81 jaar en heeft vanuit haar bed het oog op de werf en door het andere raam het huis dat haar kleinzoon Floor aan het verbouwen is voor eigen gebruik. “Gisteren was hij zulke palen aan het versjouwen”, onder de dekens bewogen haar handen als om een maat aan te geven. Met waardering in haar stem vervolgde ze: “Blazend van moeigheid. Met die jongen Van Dijk. Je man, dat is paardenkracht!” Even bleef het stil. “Mijn vader was ook timmerman”, ging ze verder. “Ik ben in Werkendam geboren”. Waarop ik constateerde dat Floor zijn aanleg van niemand vreemd had en informeerde hoe een timmermansdochter boerin kon zijn. “Och”, antwoordde ze, “mijn man zei: Doe jij het huishouden maar. Nou ja, ik plukte wel eens een maaltje bonen uit de tuin. Je past je maar aan, hoor”. Over haar dochter was ze goed te spreken. “Rie mocht gaan leren. Naar de huishoudschool. Ze is haast nog beter dan haar man.” Ze lachte wat voor zich uit en zag in gedachten één of ander spektakelstuk in het verleden door haar dochter volbracht: “Die gekke koe! Leen kon het niet gedaan krijgen. Zij het grijze jasje aan en er onder. En ze kreeg het voor elkaar!” 
 
Tot voor kort is ze enige tijd opgenomen geweest in het ziekenhuis. Ik korte zinnen vertelde ze haar belevenissen. “Goed van eten en drinken gehad. Alles is versleten, zei de dokter. Dan schrik je toch wel even. Maar je moet door gaan. Je maar aanpassen. De zusters waren er maar druk mee. Ik moest mezelf zien te helpen. Wat een armoe!” Dat laatste wat lachend. Het apart wonen bij de boerderij bevalt haar best. “Oud bij jong, dat is niets. Dat moet je nooit doen. Wij hebben het koud!” Ze keek me veelbetekenend aan en ik meende het te begrijpen.

Colofon

Gesprekken met Valkenburgers, Jan Portengen.

© Tekst: Jan Portengen © Foto voorblad: Hans van der Does
Lees meer

Gerelateerde informatie


Onderwerpen



Reageren

Via onderstaand formulier kunt u een reactie achterlaten voor de auteur of de eigenaar van het item. (Dorpsarchief Oud Valkenburg ZH)