Jaap van Kouwenhove (Uit: Gesprekken met Valkenburgers)

Jaap van Kouwenhove (Uit: Gesprekken met Valkenburgers)
©: Jan Portengen

Oktober 1983. Door: Jan Portengen

Jaap van Kouwenhove

Jaap van Kouwenhove is een bekende Valkenburger! Niet dat hij door iedereen bij de voornaam genoemd wordt. Het dorp spreekt van hem als: meneer van Kouwenhove. Is het dan zo'n deftig mens? Helemaal niet. Hij heeft niet eens een auto! Zelfs geen rijbewijs. Op de brommer gaat hij naar zijn werk. Zwaar gehelmd en ingepakt. Klein van stuk, maar groot van uiterlijk. 
 
Toch heeft hij een witte-boorden baantje. Chef van de Binnendienst is hij. Op een assurantie-kantoor in Leiden. Het is een administrateur in hart en nieren. Eén van de oude stempel. Toen hij drie was, kreeg hij kinderverlamming. Het bleef beperkt to het bovendeel van zijn rechterarm. Sindsdien doet hij alles links! Behalve schrijven. De meester dwong hem tot het gebruik van zijn rechterhand. Op straffe van kastijding. Zo ging dat in die dagen. Hij mocht naar de MULO. Hem ontbrak echter de zin. Drie jaar hield hij het vol. Later volgde hij avondscholen. Middenstandsdiploma. Boekhouden. En dergelijke.
Vader van Kouwenhove voer op de grote vaart. Gedurende de oorlog in Engeland. Het gezin woonde in Noordwijk. Na de bevrijding kwam hij terug. Zijn gezondheid was geknakt. Toch werd hij goedgekeurd voor een nieuwe reis. Hij mocht het niet meer beleven. Hartverlamming. Ze woonden toen in Leiden. Ergens op een Singel. Jaap werkte bij de LOI. Personeelsadministratie. Nauwkeurig hield hij de werktijden bij. Wie te laat kwam, moest een dubbeltje betalen. Eén was er die steeds een open brug op haar weg vond. Of een gesloten spoorwegovergang. Het kostte haar een fikse bijdrage. Tot ze elkaar met andere ogen bekeken. Geen boete meer! Ze trouwden.
Is Jaap van Kouwenhove een man die met twee maten meet? Hoe dies zij, hij ging in dienst bij een accountant. Om de fijne kneepjes van het vak te leren. Eén van zijn baantjes was het incasseren van huurpenningen. Het bracht hem in contact met de Valkenburgers. En huisvesting. Incasseren is uit de tijd, zegt hij nu. Je treft de vrouwen niet meer thuis. Ook 's avonds ben je niet welkom. De TV is funest voor de verzekeringsman. Zo is er geen contact meer met de klanten. Alles gaat via de computer. En daar zit geen persoonlijkheid in.
In dit verband vertelde hij een ander verhaal. “Laatst was er een klant bij me op de zaak. Zijn vader was overleden. Zeventig jaar. Als je even wacht, zei ik, betaal ik je gelijk uit! De klant stond perplex. Wat is het hier een koude bedoening!, herhaalde hij een paar keer. Op mijn beurt stond ik verbaasd. Wat dacht U? Het is mijn dagelijks werk, hoor! Weet je wat, neem maar een bakje koffie.”
De schaakvereniging stond mat. Nog twee kastelen wankelden op de rand van het bord. Rob den Tonkelaar deed een laatste poging: “Joh, je komt toch in Valkenburg wonen? Ik heb wel weer zin om te schaken. En Herman Russchenberg ook. We waren van plan op te heffen!” De Toren werd weer opgericht met een springlevende Koning.
Dat was zo'n zestien jaar geleden. In het Wapen van Valkenburg werden de eerste veldslagen geleverd. Gratis werd de ruimte ter beschikking gesteld. Zelfs voor extra bediening werd gezorgd. De club was echter klein. Van Emmerik zou aan hun koffie weinig verdienen, meenden ze. Daardoor voelden ze zich bezwaard. Van narigheid dronken ze dan maar een biertje. Of een glaasje jenever. Hetgeen de prestaties niet ten goede kwam.

Ze schaken nu alweer jaren in het Trefpunt. Van Kouwenhove is sinds enige weken geen voorzitter meer. Om gezondheidsredenen. Wankelt de Toren nu weer? “Niks ervan! Een springlevende vereniging. Financieel gezond. De subsidie wordt minder. Dat kan iedereen zien aankomen. Trouwens, een vereniging moet zichzelf kunnen bedruipen. We hebben een trainer. De zaalhuur moet worden opgebracht. Die trainer is zijn geld waard. Bij de jeugd zitten een paar goede schakertjes. Van die jonge ventjes! We halen punten tegenwoordig. Winnen wedstrijden!” 
Zelf acht hij zich een middelmatig schaker. Het voorzitterschap kostte hem veel tijd, merkt hij nu. Niet met alles is hij gestopt. Nog is hij secretaris van de jeugd-snel-schaak-kampioenschappen. Uit heel Nederland komen de deelnemers naar Leiderdorp. “Ik ben nu bezig met een nieuwe sponsor voor ruim 10.000 gulden. Mag de naam niet noemen. Dat is het voordeel als je veel contacten hebt.” 
Vervolgens is er de oranjevereniging “Wilhelmina”. Het organiseren van de jaarlijkse festiviteiten rond de paardenmarkt. De vereniging bestaat nu ruim vijftig jaar. Een derde gedeelte daarvan is hij nu voorzitter! Persoonlijk gaat het bestuur het dorp door voor een bijdrage. “Ondanks de slechte tijd, wordt er goed gegeven. Als dan het hele dorp in rep en roer is, denk ik bij mijzelf: Zo, dat hebben we weer aardig voor elkaar gebokst!” 

Tenslotte is hij ook op het voetbalveld geen onbekende. Niet dat hij zelf speelt, maar als scheidsrechter. Ruim 29 jaar heeft hij in de eerste klas van de afdeling gefloten. Nu nog is hij de veldcontroleur van Valken '68. Al met al is hij 'Official' en lid van verdienste van de KNVB. “'k Heb er ontieglijk veel vrienden door gekregen. Je maakt als scheidsrechter ook fouten. Ik kon altijd goed van me af praten. Als een speler commentaar had, zei ik: Ik heb jou ook al twintig keer op het doel zien schieten. Steeds mis!”
Verbleekt zijn vrouw onder deze uitgebreide opsomming? Sophia Zuidema acht zich een rasechte Leidse maar haar vader kwam uit Hoogeveen. Zij dus werkte bij de LOI. Tot er kinderen kwamen. Eerst een dochter, Heleen, nu alweer getrouwd. Binnenkort komen ze in Valkenburg wonen! Daarna een zoon, Freek. Als matroos 2e klas vervult hij zijn dienstplicht op het vliegveld. De tweede dochter, Evelien, leerde voor bejaardenverzorgster op Uytterdijk. Nu werkt ze in het Sophiahuis te Wassenaar. Voorts wederom een dochter, Liesbeth. Het gezin werd voltooid geacht met een vierde dochter, Jeanet. Beiden zitten op de MAVO in Rijnsburg. Moeder blijft echter niet in huis zitten. Ze organiseert jaarlijks de collecte van de AVO. Voor minder validen. Kruipt het bloed waar het niet gaan kan? Ze is lid van de vereniging van plattelandsvrouwen: “Meegegaan met een vriendin. Toch zorg ik ervoor de kinderen niet alleen te laten.”
Vaak is het een gezellige boel op de Marinus Poststraat 61. Met onbelemmerd uitzicht op het vliegveld. “Het is hier altijd een zoete inval. Soms wel eens te druk. Vorige week werd mijn man 61 jaar. Er zijn er wel zo'n zestig geweest. We zetten dan de tafel uit de kamer. Het wordt ons wel eens te klein.” 
Jaap van Kouwenhove steekt een sigaret op. Onder zijn stoel ligt de hond. Een kruising tussen een Golden Retriever en een Cocker Spaniel. Wantrouwig loert hij naar me. En gromt.

Colofon

Gesprekken met Valkenburgers, Jan Portengen

© Tekst: Jan Portengen © Foto voorblad: Jan Portengen
Lees meer

Gerelateerde informatie


OnderwerpenFoto’s



Reageren

Via onderstaand formulier kunt u een reactie achterlaten voor de auteur of de eigenaar van het item. (Dorpsarchief Oud Valkenburg ZH)