D048 - Korenwindmolen, met molenhuis en molenwerf, molen lijkt alleen tussen 1620 en 1661 in gebruik
D048 - Korenwindmolen, met molenhuis en molenwerf, molen lijkt alleen tussen 1620 en 1661 in gebruik
- voor 1618: Louris Willem Lourisz
- vanaf 1618: Willem Ariensz van Leeuwen molenaar & Neeltgen Meesendr geb. Hazerswoude bij de Hoogbrug
- vanaf 1632: Pieter Jansz van Alckmaer/Grootewade molenaar
- vanaf 1634: Aelbert Mouringsz molenaar
- vanaf voor 1643: (gerecht van Katwijk)
- vanaf 1643: Jacob Jansz Gavorij molenaar tot Katwijk aan de Rijn
- vanaf 1658: Pieter Willemsz Cock & Neeltgen Cornelisdr vanaf 1661: Vechter Jacobsz van Heussen wonende in Oegstgeest & Fijtgen Pietersdr Borsboom eerder gehuwd met Arij Jacobsz van der Marck
bronnen
ORA Valkenburg, inv.nr. 1, scan 11, fol. 4v: 30-1-1618: Louris Willem Lourisz wonende tot Valkenburg verklaart verkocht te hebben aan Willem Ariensz Molenaer tot Rijnsburg een erfgen land gelegen in Valkenburg zoals het tegenwoordig afgepaald staat, belend O: de verkoper, Z: Mees Willemsz met de kalkoven, W en N: de verkoper, met conditie over een voetpad. Betaald met een custingbrief van 300 g.
ORA Valkenburg, inv.nr. 1, scan 12, fol. 5v: Volgt een schuldbekentenis van Willem Ariensz Molenaer aan Louris Willem Lourisz.
ORA Valkenburg, inv.nr. 1, scan 21, fol. 14v: 30-8-1618: Willem Ariensz molenaar wonende tot Valkenburg, verklaart schuldig te zijn, wegens het bouwen van een nieuw huis door Jan Maerten van Langevelt timmerman wonende tot Valkenburg, aan Corstiaen? Jansz lakenkoper 500 g. Borgen zijn Jan Maertsz van Langevelt voorn. en Gerrit Dircksz backer wonende tot Rijnsburg. Het nieuw gebouwde huis en erf staat tot Valkenburg, belend O: Louris Willem Lourisz, Z: Mees Willemsz met zijn kalkoven, W en N: Louris Willem Louris voorn.
ORA Valkenburg, inv.nr. 1, scan 44, fol. 39: 8-7-1620: Willem Ariensz molenaar wonende tot Valkenburg verklaart verkocht te hebben en schuldig te zijn aan Jelis de Roe brouwer in de Pauw binnen Leiden een losrente van 3 carolus g. 15 st. sjaars. Hoofdsom 60? g. Onderpand is zijn huis en erf en een korenwindmolen gelegen in Valkenburg, belend in het geheel O: de Rijn, Z: Bartholmeus Willemsz cum socijs, W: Louris Willemsz, N: Louris Willemsz
ORA Valkenburg, inv.nr. 1, scan 45, fol. 40: 15-5-1620: Willem Ariensz van Leeuwen molenaar tot Valkenburg verklaart verkocht te hebben en schuldig te zijn aan Gerrit Dircksz van der Speck bakker wonende tot Rijnsburg een losrente van 7 g. 16 st. 4 p. sjaars. Hoofsom van 125 g. Onderpand is zijn huis en erf en de korenwindmolen tot Valkenburg in t Boonrack, belend O: de Rijn, Z: Bartholomeus Willemsz cum socis, W: Louris Willem Lourisz, N: mede Louris Willems.
ORA Valkenburg, inv.nr. 1, scan 48, fol. 43: 30-4-1620: Willem Ariensz molenaar wonende tot Valkenburg, verklaart verkocht te hebben en schuldig te zijn aan Ghijsbert Matheusz en Dirck Matheusz beide wonende tot Leiderdorp, en Jacob Ariensz van Heussen wonende tot Valkenburg als omen en bloedvoogden over de drie nog levende onmondige kinderen van za. Pieter Ariens van Speck en Fijtgen Matheusdr in haar leven gewoond tot Leiderdorp, ten behoeve van dezelfde kinderen, een losrente van 18 g. 14 st. sjaars. Hoofdsom 300 g. Onderpand is zijn huis en erf en de korenmolen en molenwerf tot Valkenburg, belend O: Louris Willem Lourisz, Z: Bartholomeus Willemsz met zijn kalkoven, W en N: mede Louris Willem Lourisz voorn. na 43v vervolg op fol. 50
ORA Valkenburg, inv.nr. 1, scan 55, fol. 50: 30-4-1620: vervolg van fol. 43v van ... wonende tot Leiden nomineert tot borgen Maritgen Simonsdr weduwe van Mees Willems, en Willem Meesz wonende tot Hazerswoude, volgens procuratie beginnende: Wij Bertelt Reniger baljuw en schout van Hazerswoude en Jacob Sijmonsz en Jacob Cornelisz schepenen in het ambacht van de vrije heerlijkheid van Hazerswoude, oorkonden dat voor ons gekomen is op 21-4-1620 ... nominerende en stellende tot borg nog een Pieter Claesz Schilperoort eertijds lakenkoper tot Delft volgens procuratie verleden door dezelfde Pieter Claesz voor Cornelis Couckebacker notaris tot Delft mede wonende tot Delft op 24-4-1620. Betaald met 300 g.
1622: KohHfd079: Willem Ariensz van Leeuwen molenaer ende Neeltgen Meesen dochter zijn huijsvr met Arien, Adriaentgen, Crijntgen ende Maritgen hare kinderen - 6 hoofden
ORA Valkenburg, inv.nr. 2, scan 136, fol. 6: 13-4-1624: Willem Adriaensz van Leeuwen molenaar tot Valkenburg verklaart dat hij op 14-12-1616 van de W.Ed.Heer Jhr. Johan de Hertog van Orsmale heer van Valkenburg en Hogenhuijsen, kwartiermeester generaal van de legers der heren Staten Generaal etc. in pacht genomen heeft het windrecht voor 25 jaar vanaf 14-9-1617 voor 10 g. sjaars met twee koppels vette kapoenen, met als onderpand (nu opnieuw) de molen, molenhuis en erf tot Valkenburg, belend O: Mees Willemsz houtkoper tot Leiden met zijn steenplaats, Z, W en N: Louris Willem Lourisz met de Rijn.
ORA Valkenburg, inv.nr. 3, scan 229, fol. 33v: 7-11-1628: Willem Adriaensz van Leeuwen molenaar wonende tot Valkenburg verklaart schuldig te zijn aan Cornelis Francken als getrouwd hebbende de weduwe van Cornelis Cornelis Bestereen, 253 g. 10 st. wegens eensdeels huishuur, en anderdeels over koop van de molen. Onderpand is zijn molenhuis en erf tot Valkenburg, belend N, O en W: Lauris Willem Lourisz, Z: het weeskind van Bartholomees Willemsz van Assendelft tot Leiden.
ORA Valkenburg, inv.nr. 4, scan 352, fol. 22: 2-3-1632: Volgens gerecht namens Willem Adriaensz van Leeuwen molenaar tot Valkenburg, impetrant van willig decreet, verklaart verkocht te hebben aan Pieter Jansz van Alcmaer een molen, molenhuis en erven, gereedschappen en aankleven in Valkenburg, belend N, O en W: Frans Pietersz Onderwater, Z: het weeskind van Mees Willemsz van Assendelft, zoals bewoond en gebruikt door verkoper, voor 1900 g. plus 5 g. speldegeld. Van de vierschaar op 24-2-1632 worden alle schepenen genoemd.
ORA Valkenburg, inv.nr. 4, scan 363, fol. 31v: 16-4-1632: Schuldbrief van Pieter Jansz van Alcmaer verklaart gekocht te hebben en van het gerecht ontvangen een molen, molenhuis en erven met gereedschappen en aankleven vandien in Valkenburg, belend N, O en W: Frans Pietersz Onderwater, Z: het weeskind van Mees Willemsz van Assendelft, voor 1900 g. plus 5 g. speldegeld. doorgehaald, gecasseerd 2-11-1634
ORA Valkenburg, inv.nr. 4, scan 463, fol. 124: 2-5-1634: Pieter Jansz van Grootewade molenaar verklaart verkocht te hebben aan Aelbert Mouringsz molenaar een molen, molenhuis en erve met gereedschappen, gelegen tot Valkenburg, belend N, O en W: Frans Pietersz Onderwater, Z: het weeskind van Mees Willemsz van Assendelft, zoals bewoond en gebruikt, onder conditie van de waarbrief van de vierschaar van 2-3-1632, voor 1600 g. molen is aangekocht op fol. 22
ORA Valkenburg, inv.nr. 7, scan 138, fol. 19: 11-8-1643: Dirck van Suijrmont schout, Cornelis van den Bouckhorst secretaris en Mees Gerritsz van t Sant bode van de beide Katwijken, verklaren verkocht te hebben aan Jacob Jansz Gavorij molenaar tot Katwijk aan de Rijn een molen, molenhuis en erf, met gereedschap, in Valkenburg, belend N, O en W: Frans Pietersz van Onderwater, Z: het weeskind van Mees Willemsz van Assendelft. Condities van decreetbrief hierna volgend. Betaald met 350 g. in gereed geld.
ORA Valkenburg, inv.nr. 9, scan 277, fol. 50v: 3-2-1656: Jacob Jansz Gaverij wonende in Katwijk aan de Rijn verklaart verkocht te hebben aan Pieter Willemsz Cock in Valkenburg een molen, molenhuis en erf in Valkenburg, belend NO en W: Pieter Fransz van Onderwater, Z: de weduwe van Cornelis van Campen, zoals het nu bewoond en gebruikt wordt, met condities als in de jongste waarbrief van 11-8-1643. Betaald met 150 g. in gereed geld.
ORA Valkenburg, inv.nr. 9, scan 278, fol. 51v: 3-2-1656: Pieter Willemsz Kock wonende in Valkenburg verklaart schuldig te zijn aan Mathijs Claesz van Outshoorn en Cornelis Cornelisz Slingelandt 150 g. wegens geleende penningen. Onderpand is bovenstaande molen, molenhuis en erf, belend NO en W: Pieter Fransz van Onderwater, Z: de weduwe van Cornelis van Campen.
ORA Valkenburg, inv.nr. 9, scan 312, fol. 86: 6-2-1658: Willem Pietersz Cock wonende in Katwijk als last hebbende van Neeltgen Cornelisdr weduwe van Pieter Willemsz Cock zijn overleden vader verklaart verkocht te hebben aan Vechter Jacobsz van Heussen wonende in Oegstgeest een molen, molenhuis en erf in Valkenburg, belend NO en W: Pieter Fransz van Onderwater, Z: de weduwe van Cornelis van Campen, zoals het nu gebruikt en bewoond wordt. Betaald met 200 g. in gereed geld.
ORA Valkenburg, inv.nr. 10, scan 381, fol. 55: 24-10-1661: Vechter Jacobsz van Heussen buurman van Valkenburg verklaart verkocht te hebben en schuldig te zijn aan Mathijs Claesz van Outshoorn een losrente van 11 g. 10 st. sjaars, hoofdsom 225 g. Onderpand is zijn huis, molenhuis en erf in Valkenburg, belend N, O en W Pieter Fransz van Onderwater, Z: Pouwels Tierensz
ORA Valkenburg, inv.nr. 10, scan 484, fol. 157v: 17-3-1668: Vechter Jacobsz van Heusden en Fijtgen Pietersdr Borsboom tevoren weduwe en boedelhoudster van Arij Jacobsz van der Marck, tegenwoordig getrouwd met Vechter Jacobsz, verklaren schuldig te zijn aan Jan Ariensz van der Marck wonende in Alphen een losrente van 10 g. sjaars, hoofdsom 200 g. Onderpand is 1) hun huis en erf in Valkenburg genaamd De Molenwerff, belend O: de Rijn, Z: Pouls Tierens, W en N: de weduwe van Pieter Fransz Onderwater, 2) ... . doorgehaald, gecasseerd 17-6-1687
Gebruikte afkortingen
ORA = Oud-Rechterlijk Archief - vooral transport-akten (=overdracht van eigendom na verkoop)
LO = Erfgoed Leiden en Omstreken
ONA = Oud-Notarieel Archief
KohHfd = Kohieren Hoofdgeld 1623 (= belastingregister van heel Rijnland uit 1622-1623 waarbij er in principe 1 gulden belasting per persoon geheven werd. Het register is uniek voor genealogen omdat toen van elk gezin de naam van ieder gezinslid werd uitgespeld, inclusief baby's, inwonende ouders, knechten, dienstmaagden etc.).